Bouwen aan vertrouwen.

Een jaar geleden schreef ik in dit blad ook over de bouw. De bouw als start
van een nieuwe economie. De bouw als platform waarin vertrouwen en
ontwikkeling ruimte krijgen. Nu een jaar verder vraag ik mij af wat wij
allemaal met de tijd laten gebeuren. We leven jachtig, haastig. Hebben
nergens tijd voor. Alles moet snel, "lean and mean". Maar als ik dan kijk
wat wij doen in de beschikbare tijd dan wordt ik wel erg treurig. We praten
over risico's, garanties, beren op de weg en wat als het mislukt. Wat als
die meneer niet functioneert? Hoe weet je zeker of dat kan? Heb je garanties
dat je daadwerkelijk verkoopt? Angst regeert in dit land, in plaats van
opbouwen en groeien. Het is niet vreemd natuurlijk. Als je langs de
voetbalvelden staat dan moet je goed zoeken naar de trainers die niet elke
fout afsnauwen. (ze bestaan gelukkig wel) Op de scholen is de afgelopen
decennia alle energie gaan zitten in het middelmatig krijgen van de zwakke
plekken, ofwel de fouten moeten eruit. Je kent het wel, de 4 moet een 6
worden. De 8 maximaal ontwikkelen, daar zijn we niet op ingericht. En is ons
land niet bij uitstek het land waar failliet gaan nog daadwerkelijk een
schande is? Uit eigen ervaring kan ik zeggen dat je na een faillissement
echt wel een andere plek op de maatschappelijke ladder krijgt. Toch vreemd
als je bedenkt dat in een veilige omgeving een fout vaak een startpunt voor
een nieuw inzicht kan zijn. als je van je fouten leert waarom mag je ze dan
niet maken? Nu terug naar de bouw. Juist in deze markt wordt de laatste tijd
veel inspanning geleverd om mensen die langs te kant staan een nieuwe kans
te geven. Via Social Return worden mensen opgenomen in het arbeidsproces. En
het gaat om behoorlijke aantallen. Kleine kanttekening hierbij is dat we
mensen die nog niet in staat zijn om op het juiste manier te produceren
laten werken in een omgeving waar te weinig marge wordt gemaakt om fouten op
te vangen. Als je hoort dat in veel bouw projecten 11 procent foutkosten
zijn. Als je weet dat Six Sigma en Lean bouwen cruciaal zijn om enig
bestaansrecht te hebben als bouwer. Niet bepaald een situatie waarin
wederkerigheid ruimte krijgt. En ook niet echt een omgeving waarin iemand
veilig fouten kan maken. En toch geeft de SROI verplichting ruimte. Zorg
ervoor dat de verplichting buiten het primaire proces wordt ingevuld. En
zorg ervoor dat de invulling van de verplichting geen verdringing tot gevolg
heeft. Dus niet goedkoper bestaand werk doen, maar betaald nieuw werk.
Anders gezegd innovatie. Voor innovatie is vertrouwen nodig en de acceptatie
dat fouten worden gemaakt. Zie hier uw veilige omgeving voor de ontwikkeling
van de mens. Innovatie leidt tot iets nieuws en kan dus onmogelijk
verdringen. En voor innovatie is altijd een probleem nodig of een behoefte
die wordt ingevuld. Zie hier de wederkerigheid. Een mooi voorbeeld is het
project VandeBouwplaats. Een concept ontwikkeld samen met van Hattum en
Blankevoort, een VolkerWessels onderdeel. De afvalstromen van dit bedrijf
worden benut om nieuwe producten te maken. In dit proces worden mensen
opgeleid tot ambachtsman, krijgen jongen veelbelovende designers een
platform om hun talent te ontwikkelen en producten te verkopen, en wordt de
lokale middenstand in staat gesteld om onderscheidende producten tegen goede
prijzen te verkopen. En dat als tegenbeweging op goedkope
meer-van-het-zelfde-mag-niets-kosten-moet-het-hebben ontwerp. Het mooie
hiervan is dat alles is gericht op economische relevantie en toekomst. Het
project wordt niet gesponsord of gesubsidieerd. Er wordt in geïnvesteerd. De
producten koop je niet om mensen een kans te geven. De mensen bieden juist
de kans om een mooi product te kopen. Je koopt niet om de prijs maar om de
waarde. Zonder het te verklappen wordt in dit hele project doorlopend een
basis gelegd voor vertrouwen, waardering en wederkerigheid. Heel stil wordt
er een stap gemaakt naar een samenleving waarin we verantwoord omgaan met
grondstoffen, waar we ruimte geven aan de ontwikkeling van de mens en waar
we korting inruilen voor waardering.